zaterdag 17 december 2022

Ik moest kloppen, want de bel doet het niet ...








Vroeger, toen mijn zoons klein waren en we naar kinderprogramma's keken op tv, was er altijd zo'n belgische serie, met een stel volwassenen dat elke keer een nieuw avontuur speelde. Een van de personages woonde in een huis - duidelijk een studio-woning - en altijd als er een van zijn medespelers bij hem aan de deur was, zei die: 'Ik moest kloppen want de bel doet het niet'. Oudere ouders (50+, 60+), komt jullie dit bekend voor? Er werd zo lekker sappig Vlaams gesproken en volgens mij was er een ook een vlaams-sprekende hond die meedeed. 

Maar goed, aan dat: 'Ik moest kloppen, want de bel doet het niet' moest ik altijd weer denken als er bij ons noodgedwongen aangeklopt werd. Ongeduldig, zo van: ' klop-klop-klop!!' en vaak, als ik dan snel snel naar beneden stormde, bijna struikelend over mijn eigen voeten, hijgend als een paard, want ja ook geen achttien meer, he, en dan voor mijn gevoel nog wel op tijd de deur opende ... stond daar 9 van de 10 keer al niemand meer, want zoveel geduld heeft men vandaag de dag niet meer, blijkbaar. Steevast zat er dan zo'n kaartje in de bus met de tekst: 'Wij troffen u niet thuis, het pakje is bezorgd bij de buren van nummer 25', of soms nog verder weg, zelfs tot bij nummer 15 wel eens, die mensen ken ik geen eens. Of: 'Het pakje is meegenomen naar het afhaaladres supermarkt huppeldepup, u kunt het morgen tussen 15.00 en 16.00 uur ophalen', zoiets. Maar, een heel enkele keer trof ik een geduldiger type, dat braaf voor de deur was blijven staan, vermoedelijk om hij of zij wel hoorde dat er binnen iemand met gezwinde spoed de trap af denderde, speciaal voor hem of haar. En als ik dan de deur opende kreeg ik altijd weer te horen: 'Ik moest kloppen, want de bel doet het niet'. 

Soms was ik gewoonweg echt niet thuis en dan werd het pakje sowieso bij de buren bezorgd. En bij thuiskomst trof ik dan zo'n kaartje in de bus en was mijn eerste gang niet die naar het toilet (ik moet altijd enorm nodig plassen als ik thuis kom namelijk), nee, die ging linea recta naar de buren. Altijd een beetje vervelend, toch, als je die weer van de bank belt? Of van hun eten afhaalt? Maar goed, mijn buren zijn de vervelendste niet, wij ook niet trouwens, want wij nemen ook vaak genoeg pakjes voor hen aan, maar dat terzijde. Maar veelal zijn de buren 's middags al een paar keer bij ons de deur geweest om zelf het pakje aan ons te geven maar ze merken dan dat de bel het niet doet. En ja, ze lieten steeds vaker doorschemeren, nooit direct uitgesproken, maar netjes verstopt in de meta-communicatie: 'Zeg, jullie bel doet het zeker niet, he? (ergo: dus daarom gaat de bezorger steeds naar ons, omdat jullie niet opendoen). Zoiets. Ai, ja, kijk, dan wordt het vervelend, natuurlijk, als aardige, respectabele mensen zulke dingen tegen je gaan zeggen. Daarmee kwamen wij steeds meer in de min te staan, en dat voelde niet goed, uiteraard.

Desalniettemin lieten we dit soort zaken maanden, nee jaren voortduren. Altijd waren we wel te druk om ons te bekommeren om die voordeurbel die het klaarblijkelijk bijna nooit deed (ja, als wij er zelf op drukten, heel hard, heel nadrukkelijk, dan deed hij het heus wel, hoor). Nu waren we laatst op een verjaardag en al het aanwezige jonge grut, dertigers met kindertjes met zo'n heel druk leven, vertelde ons dat zij al sinds jaar en dag zo'n bel hebben met een cameraatje en een verbinding met de phone. Dus, via je phone hoor je dat er wordt gebeld en nog mooier, kun je zien wie er voor de deur staat en via diezelfde phone kun je 1 op 1 communiceren met de bezoeker in jouw voortuintje. Zij zeggen dan dingen als: 'Leg het pakje maar in de schuur', of, 'breng het maar naar de buren van nummer dat en dat'. Vol enthousiasme lieten ze ons ook nog zien, dat er elke keer een fotootje wordt gemaakt van diegene die langs de bel met camera loopt. En dat al die fotootjes worden bewaard op je phone, uiteraard, alhoewel ze na verloop van tijd wel worden gewist. 

De dag erna bestelden wij meteen zo'n gaaf ding. Superhip, vonden wij. Nooit meer gedoe ook, dachten wij hoopvol, nooit meer zo'n bel die het nooit doet. We ontvingen 'm de dag erna, pakten 'm uit, lazen de manual, installeerden allebei een appje op onze phones en de man ging in de weer met zijn boor en schroeven. Het hippe ding werd netjes door hem op ooghoogte opgehangen, naast de voordeur, richting de voortuin. Het feest kon beginnen. Opgetogen wachtten wij af wanneer de hippe bel met camera zijn werk zou doen. Nou... dat duurde niet al te lang want ... na het eten lopen wij altijd even de voortuin in want daar staat onze groene kliko. Dan gooien we daar ons groente-afval in, netjes als wij zijn. En in onze voortuin bevindt zich ook onze schuur en bijna elke dag wel pakken we onze fietsen en halen we die eruit, gaan even weg, komen weer terug om de fiets weer in de schuur te zetten. En oh ja, de papierbak en de grijze kliko staan ook in de voortuin. De postbus hebben we recht tegenover de hippe phone met camera hangen. Bijna dagelijks kijken we wel even of er post is, dus, weer die voortuin in. Minstens een keer per dag ga ik de deur uit om boodschappen te doen en vertrek via de voordeur, door de voortuin om daar de straat op te gaan. En El-Ke keer als wij de hippe phone met camera passeren, klinkt er in huis (of uit onze tas of jaszak) nu van alle kanten een hevig geloei: 'Woeh Woeh Woeh' etc. etc. Op de phone van de man wel 15 keer. Snoeihard! Vijf-Tien keer, he? Ik geef het je te doen!! En daarna krijgen wij allebei gelijktijdig een signaal op de phone: 'Buhhh Buhhhhh Buuuuhhhhhh' en dan staat er op het pop-upje: 'Human Body Detected!!!' In het begin schrok ik me dood: 'Human Body Detected?? Wa's dat voor iets griezeligs??!!'  En als je dat pop-up-je opent, dan zie je steeds, eigenlijk alleen maar ... ONS!! De man op zijn rug, met het vergiet vol schilletjes in zijn handen. Ikzelf met een stapeltje papier op weg naar de blauwe bak. De man die zijn E-bike uit de schuur haalt. Ikzelf op mijn tenen voor de postbus, spiekend door de gleuf of er wat in zit. Heel in het begin herkende ik mezelf niet, dat mollige kleine vrouwtje met die korte beentjes. Een van de eerste keren zei ik heel aandoenlijk tegen mijn man: 'He, er was vanmiddag een vrouw aan de deur, denk ik, die lijkt precies op mij...' Bij nadere inspectie (phone voor de ogen houdend) zag ik ineens: 'Verhip, joh, dat ben ik dus zelf!! Nou, ik moet mijn zelfbeeld wel even bijstellen, zeg', zei ik beteuterd tegen de man. Hij biechtte op dat ook hij dat had moeten doen, want hij herkende die spekrug van zichzelf ook niet direct. 

Vanochtend vroeg, half zeven, ik had mijn man gisteravond voor het slapengaan nog zo gezegd: 'Darling, haal die phone maar weg naast je bed, want morgenochtend wordt de krant bezorgd, heel vroeg, nou, dan weet je het wel.' 'Ja, is goed', was het slaperige antwoord. Ikzelf zette het volume uit. Maar goed, vanmorgen dus, om half zeven, zaterdag-morgen, he, uitslaap-dag, om half zeven gaat die hippe phone met camera weer te keer, althans, onze phones beginnen gelijktijdig te loeien. Half Zeven!! 'Woeh Woeh Woeh!!!'  Ik zit rechtop in bed! 'Ooooooh, neeeee, ik zei nog zo, haal je phone weg, ben je het nou toch vergeten?!' Maar de man slaapt er gewoon doorheen. Ik niet, ik tel alle 15 keer geloei op zijn phone mee en ga dan maar geĆ«rgerd mijn bed uit. De krant pakken en terwijl ik in mijn ochtendjas op mijn tenen voor de postbus sta hoor ik binnen .... 

Maar goed, ze kunnen nu dus nooit meer zeggen: 'Ik moest kloppen, want de bel doet het niet'. 

zaterdag 10 december 2022

Hoera






Zo, dat was best pittig, die opleiding tot wandelcoach. Naast alle kilometertjes die ik aflegde met mijn proefcoachees, door bos en duin, over paden door weilanden en polderlandschap, langs watertjes en door parken, naast dit alles was het vooral het weer leren leren dat het pittig maakte. 

Zo'n negen jaar geleden deed ik voor het laatst een opleiding en die maakte ik niet af vanwege mijn gebroken moederhart. Het ging toen gewoonweg even niet meer. Daarvoor in de plaats ben ik heel hard en veel gaan werken, iets dat mij geen windeieren legde; ik heb er veel centjes mee verdiend. Nu, na mijn wandelretraite afgelopen voorjaar, vond ik het weer tijd worden voor verdieping en ik deed een soort van doorstart als het om het coachen ging. Ik ging verder met waar ik negen jaar geleden gebleven was, maar nu combineerde ik het coachen met dat fijne wandelen, iets dat ik tijdens mijn wandelretraite en 'in aanloop daarnaartoe' zo veel en zo graag had gedaan en dat zo goed voor mij bleek te zijn. 

Het leren leren was dus vreemd, ik wist niet dat ik het weer in de vingers moest krijgen. Het doen, dat ging goed, en met doen bedoel ik: het wandelen met mijn proefcoachees. Heerlijk, samen wandelend in de frisse buitenlucht. Maar het lezen van de theorie, het echt goed lezen, bestuderen, daar ging ik aanvankelijk een beetje aan voorbij. En dan zo'n reflectieverslag maken, ik wist echt niet meer hoe dat ook alweer moest. Ik maakte een verslag, maar niet over mezelf, wat ik er zelf allemaal van had geleerd, van dat coachen en toepassen van de theorie. Nee, ik beschreef de wandelingen (geanonimiseerd). De trainster sprak mij al snel vermanend toe: ik moest het tij keren en wel snel! Anders ... Net als toen ik dan eindelijk eens als veertigjarige autorijles ging volgen, nog met mijn hoofd bij andere zaken achter het stuur stapte, en de instructeur na een kilometer of wat boos op de rem stond. Ik moest focussen, erbij blijven! Niet zitten dromen, verdorie!! Ook toen was ik eigenlijk al best een beetje oud om nieuwe dingen te leren, ik was al veertig. Nu begon ik vlak na mijn 61ste verjaardag aan de opleiding. Mind you. Maar net als toen, lukte het om om te schakelen. Gelukkig.

Gisteren was daar de afronding, nog een paar oefeningen doen, nog een paar keer naar buiten met zijn allen. Pitches geven, staande op een grote boomstronk. Applaus voor elkaar, midden in het bos, waar het steeds donkerder en neveliger werd, de ondergaande zon als een oranjerood gloeilampje tot vlak bij de horizon, piepte tussen de boomstammen door en gaf nog net een lange rode streep licht; nog een puur natuur spotlight op ons, daar, staande op die boomstronk.

Daarna liepen we terug naar het fraaie, sfeervolle complex, waarin een broodbakkerij, cafe/restaurant en de 2 cursuszaaltjes maar vooral de warme kachel op ons wachtte. Onder het genot van een glas biologische bubbeltjeswijn toostten we op het behalen van onze certificaten,  feestelijk uitgereikt door de trainster. 

En toen weer naar huis: map, boeken, schrift, pennen en het begeerde papiertje in de tas. Terug met de trein, vol van opgewonden jonge mensen die in Amsterdam voetbal gingen kijken. Bij de Bijlmer stapten ze uit, daar - buiten -  gonsde het verwachtingsvol. Ik tufte door naar mijn woonplaats, stapte uit, wandelde in mijn eentje terug naar huis, op naar binnen, naar mijn warme gezellige keuken waar mijn man een lekker maaltje klaar had staan 'om het te vieren'. HOERA!! 

AUTO VOORTAAN TE GAST

Toet. Pep. BrmBrmBrm HongeHongeHonge Toet.Pep BrmBrmBrm HongeHongeHonge ... Om zeven uur vanochtend werd ik mijn bed uit-ge-toet en - ge-pep...